Aflevering 7424

In het Besluit Wob-verzoek bedrijfsopvolgingsregeling 23 juli 2018 (hierna: Wob-besluit) heeft de belastingdienst een aantal voor de praktijk relevante standpunten ingenomen met betrekking tot de bezitseis van de bedrijfsopvolgingsregeling (hierna: BOR) in de SW 1956 bij verlettering van aandelen. De belastingdienst geeft aan dat na het verletteren tot tracking stock ‘nieuwe’ aandelen zijn ontstaan waardoor een nieuwe bezitstermijn gaat lopen.1 Deze visie van de belastingdienst heeft tot gevolg dat de BOR niet direct na de verlettering kan worden toegepast bij een bedrijfsoverdracht. Ook wordt het standpunt ingenomen dat houders van preferente aandelen niet zelfstandig aan de bezitseis kunnen voldoen. De vraag komt op of die standpunten juist zijn en of dit in lijn is met doel en strekking van de bezitseis. Hierna worden eerst beknopt het verletteren van aandelen, de BOR en de bezitseis besproken. Vervolgens wordt nader ingegaan op het Wob-besluit en enkele van de daarin opgenomen standpunten van de belastingdienst.

Stichting tot Bevordering der Notariële Wetenschap

In Nederland bestaat sinds 1 januari 1998 naast het huwelijk het geregistreerd partnerschap. Bij de openstelling van het huwelijk voor personen van hetzelfde geslacht op 1 april 20011 is het mogelijk gemaakt om een huwelijk via de burgerlijke stand om te zetten in een geregistreerd partnerschap (zie voormalig artikel 1:77a BW). Ook is het sinds diezelfde datum mogelijk gemaakt om een geregistreerd partnerschap om te zetten in een huwelijk (zie artikel 1:80g BW). Van de omzetting van een huwelijk in een geregistreerd partnerschap werd in het verleden gebruik gemaakt om buiten de rechter om te kunnen scheiden en de zogenaamde flitsscheiding werd geboren. Bij de Wet bevordering voortgezet ouderschap en zorgvuldige scheiding2 werd de mogelijkheid van omzetting van een huwelijk in een geregistreerd partnerschap afgeschaft. Een argument om de flitsscheiding af te schaffen werd gevonden in het feit dat deze vaak niet erkend werd in het buitenland.3 De wet werd per 1 maart 2009 van kracht en dat betekent dat de weg van omzetting van een huwelijk naar een geregistreerd partnerschap na die datum was afgesloten. Na deze datum is het alleen nog mogelijk om een geregistreerd partnerschap om te zetten in een huwelijk, zie artikel 1:80g BW.

A. van Lonkhuijzen, oud-notaris te ’s-Gravenhage, op 23 juli 2023.